Vaste activa
Immateriële vaste activa
Onderstaand overzicht geeft het verloop van de immateriële vaste activa weer
Materiële vaste activa
Onderstaande overzichten geven het verloop van de materiële vaste activa weer.
Investeringen met economisch nut
In erfpacht uitgegeven gronden
In 2017 is één kavel in erfpacht uitgegeven aan de Brandevoortsedreef voor de vestiging van een pompstation.
Overige investeringen met economisch nut
De investeringen met economisch nut zijn als volgt te specificeren:
De Bijdragen van derden van € 2,0 miljoen is de verzekeringsuitkering betreffende het verbrande theater het Speelhuis, die in mindering is gebracht op de bestedingen van het nieuwe Speelhuis.
In 2017 zijn vier appartementen in Doevenrode met een boekwinst van € 65.000 verkocht voor in totaal € 893.000.
In 2017 hebben voor in totaal € 4,1 miljoen afwaarderingen plaats gevonden. Voor € 2,8 miljoen bestaat dit uit tot nihil afgewaardeerde stadsvernieuwingsprojecten 1989-1994, omdat de economische levensduur is verstreken, en voor € 1.2 miljoen uit in het verleden onterecht geactiveerde bedragen in het kader van het IC-Plan.
Investeringen met economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven
In 2017 is voor een bedrag van € 1,6 miljoen geïnvesteerd in riolering . De investering is geheel gedekt uit de gespaarde bedragen voor vervangingsinvesteringen uit de voorziening riolering.
Investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut
De grotere investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut zijn in onderstaande tabel toegelicht:
Met ingang van 2017 worden conform aangepaste BBV-regelgeving de investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut geactiveerd, waar deze in het verleden direct ten laste van de exploitatie werden verantwoord.
Financiële vaste activa
In 2017 zijn overige langlopende leningen uitgegeven in het kader van duurzaamheidsleningen (€ 603.000) en startersleningen (niet) revolverend voor in totaal € 286.000. Aan Stichting Belangen Helmond Sport is in 2017 € 294.000 uitgeleend.
Onder de desinvesteringen is de verkoop van het "APG-IS Rentefonds Europa 1-3" voor € 7,6 miljoen opgenomen.
De vorderingen op Stichting Belangen Helmond Sport zijn voor € 900.000 voorzien.
Vlottende activa
Voorraden
Onderhanden werk, waaronder bouwgronden in exploitatie
De balanswaarden per 31 december 2016 en 2017 luiden als volgt:
Het verloop van de balanswaarde is als volgt weer te geven.
Boekwaarde
De boekwaarde is het saldo van de gerealiseerde uitgaven minus de gerealiseerde opbrengsten op de Bouwgronden In Exploitatie (BIE). In 2017 is de boekwaarde met € 6,6 miljoen toegenomen tot € 239 miljoen. In onderstaande tabel is deze toename uitgewerkt:
Onderdeel | Mutatie |
Grondverwerving | 5,7 |
Bouw- en woonrijpmaken | 10,6 |
Rentelasten | 2,8 |
Winstnemingen (incl Restexpl.) | 7,1 |
Opbrengst grondverkopen | -21,1 |
Ontvangen voorschotten | 2,2 |
Overige opbrengsten | -0,7 |
Mutatie boekwaarde | 6,6 |
Voorziening verlieslatende complexen
Voor de grondexploitaties met een verwacht negatief eindresultaat geldt, dat dit berekende verlies direct wordt genomen tegen de contante waarde van dit verlies. Met andere woorden: het verwachte negatieve eindresultaat op de verwachte einddatum wordt teruggerekend naar een verlies op 1 januari 2018. Contantmaking heeft plaatsgevonden tegen een rentepercentage van 2%. De voorziening wordt, conform de BBV voorschriften, gepresenteerd als een waardecorrectie op de boekwaarde.
Balanswaarde
De balanswaarde is de boekwaarde verminderd met de voorziening verlieslatende complexen. In 2017 is de balanswaarde met € 546.000 toegenomen tot € 155 miljoen. De laatste 3 jaar is dit ongeveer gelijk gebleven.
Uitgangspunten voor herziening onderhanden werk
De balanspost onderhanden werk is gebaseerd op een herziening van de verwachte eindresultaten op de BIE bij de jaarrekening 2017.
Op grond van wat er gerealiseerd is en een uitgebreide analyse van wat er op de verschillende grondexploitaties nog moet gebeuren is een zo goed mogelijke inschatting gemaakt van de verwachte looptijd en eindresultaten in de toekomst. Daarbij wordt zoveel als mogelijk gebruikt gemaakt van onderzoeksrapporten, woningbouwprogramma’s, grondprijsvergelijkingen etc.
Voor deze herziening zijn de volgende uitgangspunten gehanteerd.
Parameters | |||
1 | kostenstijging | 2,00% | in 2018 2,5% daarna 2% |
2 | opbrengstenstijging | 1,50% | met ingang van 2019, in 2018 0% |
3 | rente | 1,24% | 1,24 % voor 2017, meerjarig 1,3% |
Ad 1 Kostenstijging
Voor de berekening van de verwachte kosten is in 2018 met een kostenstijging van 2,5% gerekend en in de restant looptijd van de grondexploitaties wordt gerekend met een verwachte inflatie van de kosten van 2% per jaar.
Ad 2 Opbrengststijging
Verwacht wordt dat de grondprijzen met ingang van 2019 jaarlijks met 1,5% kunnen gaan stijgen.
Ad 3 Rente
Op grond van de berekeningswijze bij totaalfinanciering (het gewogen gemiddelde percentage van de bestaande leningenportefeuille naar verhouding vreemd vermogen gedeeld door totaal vermogen) is de rente voor 2017 bepaald op 1,24%. Voor de berekening van de toekomstige kasstromen wordt een percentage van 1,3% gehanteerd, gebaseerd op een meerjarige prognose van de leningenportefeuille.
De geraamde eindresultaten per gebied zijn als volgt te specificeren.
De geraamde verliezen zijn afgedekt door de voorziening voor verlieslatende complexen, die volgens de contante waarde methode is bepaald op een bedrag van € 83.877.000.
Verwachte resultaten grondexploitaties
In 2017 zijn er 28 lopende grondexploitaties verdeeld over een aantal woongebieden (8), saneringsgebieden (10), industriegebieden (9) en 1 grondexploitatie (restexploitaties) waarin de restanten van oude grondexploitaties zijn opgenomen.
Van de 28 grondexploitaties hebben 12 grondexploitaties een verwacht positief eindresultaat en 16 grondexploitaties een verwacht negatief eindresultaat. Een nadere toelichting op het gevoerde grondbeleid is opgenomen in de paragraaf grondbeleid.
- Verwacht positief eindresultaat
In totaal is het verwacht positief eindresultaat op de 12 winstgevende grondexploitaties bijna € 26,0 miljoen op eindwaarde. Op basis van contante waarde (berekend tegen 2%) bedraagt de verwachte (nog in de toekomst te realiseren) winst € 23,4 miljoen. Deze contante waarde van de verwachte winsten wordt betrokken bij de bepaling van de ratio van het weerstandsvermogen van het grondbedrijf (zie hierna bij risico’s en onzekerheden).
De grondexploitatie met het grootste verwachte positieve eindresultaat is het industriegebied Bedrijventerrein Zuid Oost Brabant. Het verwacht resultaat is daar € 11,9 miljoen.
Op de winstgevende grondexploitaties wordt jaarlijks volgens de Percentage of Completion methode bepaald wat de tussentijds te nemen winst is. Deze tussentijdse winstneming wordt ten gunste gebracht van het jaarrekeningresultaat.
- Verwacht negatief eindresultaat
In totaal is het verwacht negatief eindresultaat op de 16 verliesgevende grondexploitaties bijna € 100,0 miljoen op eindwaarde. Op basis van contante waarde van 2% bedraagt het verwachte verlies op 1 januari 2018 € 83,9 miljoen. Voor dit verwachte verlies is een voorziening getroffen middels een correctie op de boekwaarde. De mutatie van de voorziening in 2017 is ten laste gebracht van het jaarrekeningresultaat.
De grondexploitatie met het grootste verwachte negatieve eindresultaat is Brandevoort 2. De boekwaarde van Brandevoort 2 is € 156,3 miljoen. Voor deze grondexploitatie is een voorziening getroffen van ruim € 40,1 miljoen. De balanswaarde van deze grondexploitatie en dus de omvang van het risicodragend kapitaal is daarmee € 116,2 miljoen.
Risico’s en onzekerheden
De onzekerheden in de woningbehoefte binnen de regio leiden tot een schattingsonzekerheid van € 5,5 miljoen, dit als gevolg van mogelijke overprogrammering.
Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar
De vordering op Openbare lichamen betreft vooral te declareren compensabele BTW voor een bedrag van € 11,3 miljoen.
De rekening-courantverhoudingen aan niet financiële instellingen hebben betrekking op de uitstaande verhoudingen met het Stimuleringsfonds Volkshuisvesting Nederland en de regiogemeenten inzake de dienstverlening op het gebied van Zorg & Ondersteuning.
De overige vorderingen bestaan uit de debiteuren Werk & Inkomen en de overige debiteuren en nog te ontvangen bedragen. De voorziening dubieuze debiteuren heeft ultimo 2017 een saldo van
€ 1,1 miljoen (2016: € 1,1 miljoen) en is opgenomen voor het afdekken van oninbare vorderingen.
Schatkistbankieren
Onderstaande tabel geeft de informatie weer over de ontwikkeling van de buiten ’s Rijks schatkist gehouden middelen per kwartaal vergeleken met de drempelwaarde.
Er heeft in 2017 geen overschrijding van het drempelbedrag plaats gevonden.
Liquide middelen
Overlopende activa
De Nog te ontvangen bijdragen van Europese en Nederlandse overheidslichamen
De Nog te ontvangen bijdragen zijn als volgt te specificeren.